Gemberkoekjes

Dit recept kreeg ik vorig jaar van een kennis in Engeland, en zij had het alweer zo’n twintig jaar geleden gekregen van de kok op een kleuterschool waar ze toentertijd werkte. Een recept met een beetje geschiedenis dus. Maar als iets goed werkt moet dat zo blijven en doorgegeven worden, dus bij deze geef ik het weer door.
Het spreekt vanzelf dat deze gemberkoekjes heel erg lekker zijn en supersimpel om te maken.

Je hebt nodig:

• 110 gr boter
• 110 gr basterdsuiker
• 2 el golden syrup
• 220 gr bloem
• 2 tl gemberpoeder
• 2 tl bakpoeder
• 1/2 tl baksoda (als je dit niet hebt, kun je ook een extra tl bakpoeder toevoegen)

En zo maak je het:

Verwarm de oven voor op 200 c.  Meng alle ingrediënten door elkaar tot je een samenhanged deeg hebt. Wikkel het in huishoudfolie en laat het ongeveer een half uurtje in de koelkast chillen. Draai van het deeg balletjes ongeveer ten grootte van een walnoot.

Als je net zoals ik niet zo goed bent in het even groot maken van koekjes en wel begint met een balletje ten grootte van een walnoot, maar eindigt met een reuzereuze, dan heb ik nog wel een handige tip. Ik vorm het deeg in een cilinder/worst vorm en snijd het dan in gelijke stukken. Dit recept is goed voor ongeveer 32 koekjes, dus dat is makkelijk te verdelen. (5 keer door de helft voor diegene met een wiskunde deuk.)

Leg de bolletjes deeg op een bakplaat en druk er met je duim een kuiltje in. Hou er rekening mee dat de koekjes iets zullen rijzen/uitzakken, dus leg ze niet te dicht op elkaar. Bak ze voor  12 min. Dan zijn ze ook echt klaar, ook al voelen ze nog zacht aan. Bij het afkoelen worden ze nog harder.